zaterdag 7 juni 2008
Egels pikken nu dagelijks weer een graantje mee
Gemêleerd gezelschap in stadstuin
Onlangs was ik bij de opening van een tentoonstelling in een galerie in Groningen. De liefst denkbare huishoudhond Amber, die naar vrijwel alle exposities meegaat zolang daar de toegang voor viervoeters niet is verboden, en dit allang gewend is — als ze eenmaal in zo'n behuizing is geweest, gaat ze de volgende keer uit zichzelf wel naar de ingang, respectievelijk direct naar binnen, ook als daar niet echt iets te doen valt — mag altijd rekenen op veel aandacht en dat is haar nog liever dan lekkere hapjes. Eén van de flamboyante bezoekers stelde vast dat de hond een juweel was en impliceerde dat ze wel heel anders tegen katten zou zijn dan tegen ons mensen. Mijn verweer, dat Amber uitstekend met drie katten in eigen huis — en diverse bezoekende van tal van buren — leefde, stootte op hilariteit; het verhaal dat ze ook dol was op vogels — nee, niet om die op te eten — bleek al minder geloofwaardig en de mededeling dat ze 's nachts gewoon op de egels in de tuin afstapte, werd weggewuifd: in een stad waren immers geen egels.
Al vele decennia hebben wij, de vorige honden en katten en ikzelf, elke nacht een reeks egels in de tuin, die de rest van het eten voor de katten — en meestal is dat kipgehakt — komen verorberen. Veelal zijn er twee tegelijk, die elk van een ander bordje of uit een ander bakje eten. De afgelopen nacht waren ze met zijn drieën: volwassen, dikke, grote egels. Samen aten ze uit één bord het resterende kipgehakt.
Nakomelingen
Al eerder hadden we het mooie moment dat een egelechtpaar met twee kleine kinderen kwam. Het was in de tijd dat we zeven katten hadden en een hond, die als gevolg van invaliditeit van zijn bazin, vrijwel uitsluitend bij ons vertoefde. Op een nacht, toen de vier egels bij de keukendeur gereed zaten en ikzelf net een nest met vijf katten had, hebben we uitgeprobeerd of een gezamenlijke maaltijd zou lukken. Egels en hun kind(eren), kattenmoeder met enkele van haar kinderen. Er was niet meer voor nodig dan een grote schaal met kipgehakt; vredig hebben zij gezamenlijk de maaltijd gebruikt.
Op de bovenste foto is een egel kennelijk zo uitgehongerd dat deze ook overdag even in de tuin naar voedsel kwam zoeken. Het zat hem of haar mee: een van de katten had niet alles verorberd.
En voor al degenen, die zich eventueel afvragen hoe het ooit komt tot cohabitatie tussen deze per definitie reeds zeer prikkende dieren met elk zo'n 100.000 parasieten op het lichaam, tonen wij hierbij hoe dat bij deze soort in z'n werk gaat. Wij beseffen onze informatieplicht.
Minder besef hadden we toen deze gebeurtenis plaatshad. De beide minnende priklichamen waren hun avontuur tegen de zijmuur van ons huis begonnen en dat maakte zoveel lawaai dat we bij het ontwaken als gevolg van dat laweit meenden dat de Barbaren dan wel politieke engerlingen — voorzover dat niet hetzelfde is — waren neergestreken om ons huis te rammen.
We hebben het gebeuren toen toch maar snel voor u vereeuwigd. Waarvan akte.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten